In aanloop naar de verkiezingen van 9 juni, waarbij ik lijsttrekker ben voor de nieuwe politieke beweging Voor U in Vlaams-Brabant, heb ik mij voorgenomen om in de weken voor de belangrijke stembusgang een aantal teksten te schrijven die concrete oplossingen bevatten voor de uitdagingen van onze samenleving. Het is gemakkelijk om kritiek te uiten maar het is minstens even belangrijk om met constructieve ideeën te komen. Ik had het afgelopen zondag over migratie, vandaag over onze veel te hoge overheidsschuld en hoe we dit moeten oplossen.
Het zijn alarmerende signalen die ons niet onberoerd zouden mogen laten: een toenemend begrotingstekort en een groeiende staatsschuld die de kaap van een half biljoen euro heeft overschreden. De federale overheid sloot het jaar 2023 af met een deficit van 3,3 procent van het bruto binnenlands product (bbp) en de deelstaten en gemeenten met een tekort van 1,3 procent van het bbp. Samen maakt dat 4,6 procent van het bbp of 26,7 miljard euro, een gigantische last voor toekomstige generaties. België heeft volgens de Europese Commissie de op één na slechtste begroting van de Europese klas. Ze voorspelt dat het begrotingstekort dit jaar nog zal toenemen en vindt dat de Belgische regeringen te weinig vooruitgang maken om dat tekort terug te dringen. De kans is reëel dat we in de loop van dit jaar ook effectief maatregelen opgelegd krijgen van Europa.
De nieuwe Europese regels dwingen België om de komende jaren zo’n 30 miljard euro te besparen om aan de opgelegde normen te voldoen. Met de kosten van de vergrijzing die gestaag toenemen – meer pensioenuitgaven, hogere gezondheidszorgkosten – zullen ons begrotingstekort en de staatsschuld bij ongewijzigd beleid alleen maar blijven groeien. Het is een zorgwekkend vooruitzicht, vooral voor jonge ouders zoals ik, die zich schamen bij de gedachte aan de schulden die onze kinderen dreigen te erven.
Maar hoe lossen we dit nu op? Waarom niet kijken naar goede voorbeelden? In de bedrijfswereld wordt aan benchmarking gedaan. Benchmarking is een proces waarbij organisaties hun prestaties vergelijken met die van concurrenten of industrieleiders om best practices te identificeren en verbeteringen door te voeren voor een concurrentievoordeel. Alle succesvolle bedrijven zijn hier constant mee bezig. Helaas moeten we vaststellen dat onze Belgische overheden en onze politici dit absoluut niet doen. Moest dit in het verleden gebeurd zijn dan hadden we immers al lang geëvolueerd naar het Zwitsers beleid. Daar wordt ingezet op directe democratie en worden de beslissingen veel meer decentraal genomen. Enkel als het doeltreffender is om de beslissingen op een hoger niveau te nemen doen de Zwitsers dat. Waarom nog niet in België? Het antwoord is volgens mij vrij simpel: we zouden het met veel minder politici en politieke postjes moeten doen. Onze huidige beleidsmakers snijden echter niet graag in eigen vel. Nochtans is het exact dit wat we zouden moeten doen.
Minder ambtenaren
Als we aan benchmarking zouden doen dan zouden we vooreerst vaststellen dat we veel meer ambtenaren hebben dan de meeste andere Europese landen. Midden jaren ‘90 waren er in ons land nog maar 1 miljoen ambtenaren, nu 1,6 miljoen. De overheid wordt hierdoor steeds vetter. Als je weet dat er in ons land maar ongeveer 1,8 miljoen werknemers zijn dan hebben we bijna één ambtenaar per werknemer. Dit is uiteraard niet langer houdbaar. Het probleem is het grootst in Wallonië maar eigenlijk doet Vlaanderen het niet zo veel beter. Bij ons wordt immers steeds meer ingezet op consultants. Reeds een jaar geleden onthulde Vlaams minister Hilde Crevits dat haar regering deze legislatuur al 1,5 miljard euro uitgaf aan externe consultants. Een aanzienlijk deel hiervan vloeit naar de vier grote spelers Deloitte, KPMG, Ernst & Young en PWC. Als onze overheid zich enkel met de kerntaken zou bezighouden, zoals in Zwitserland het geval is, dan kan het met veel minder ambtenaren en moet er niet zoveel gespendeerd worden aan externe consultants.
Meer mensen aan het werk
Een ander belangrijk gegeven is onze veel te lage werkzaamheidsgraad. Volgens Statbel bedraagt de gemiddelde werkzaamheidsgraad in ons land 72 %, in Vlaanderen is dat 76,8 %, in het Waalse Gewest gaat het om 65,5 % en in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest om 66,5 %. Als we hier op inzetten zal dit een enorm bedrag opleveren. België is het enige land met een onbeperkte werkloosheidsuitkering in de tijd. Dat is een anomalie want werkloosheidsvergoedingen zijn een verzekeringsmechanisme. Voor U stelt voor om de werkloosheidsuitkeringen te beperken tot 1 jaar, vermeerderd met 1 maand per actief gewerkt jaar, tot maximaal 2 jaar. In januari 2023 hebben 303.862 uitkeringsgerechtigde volledig werkloze werkzoekenden een uitkering gekregen. Daarvan is 35,1 % minder dan 1 jaar werkloos, 14,7 % tussen 1 en 2 jaar en 50,1 % 2 jaar of langer. Als we onze werkzaamheidsgraad naar het Europese gemiddelde kunnen brengen dan werken we het gat in de begroting dicht in plaats van het weg te belasten zoals wordt voorgesteld door verschillende andere politieke partijen.
Voor wie ziek is moet er natuurlijk altijd sociale zekerheid zijn. Daarom moet de overheid de sociale zekerheid betaalbaar houden. Iedereen die kan werken moet dus een bijdrage leveren. Het systeem mag er niet voor zorgen dat het vangnet een hangmat wordt. We moeten overigens ook meer moeite doen om langdurig zieken te heractiveren. De kostprijs van langdurig zieken heeft onlangs de kost van de werkloosheidsuitkeringen voorbijgestoken en was in 2023 goed voor meer dan 8 miljard euro. We tellen momenteel in ons land meer dan 500.000 langdurig zieken, terwijl dat in 2017 nog maar om 380.000 personen ging. Een stijging dus van 24,2 %. Deze stijging is opnieuw veel hoger dan het Europese gemiddelde dus dit ligt ongetwijfeld aan ons te laks beleid.
Snoeien in wildgroei aan subsidies
Ons land telt honderden verschillende subsidieadministraties die met uw belastinggeld elk verschillende subsidies toewijzen. Europa doet het, maar ook de federale overheid, de gewesten, gemeenschappen, provincies, intercommunales en gemeenten. Niemand heeft zicht op het geheel. Het totaal aan toegekende subsidies moet transparant gemaakt worden zoals het Vlaams Gewest deed. Vlaanderen keert jaarlijks 17,7 miljard euro subsidies uit van haar 56 miljard euro totale inkomsten. Daarvan zijn 4,7 miljard euro subsidies aan bedrijven. Economische subsidies bevoorrechten grote bedrijven met veel medewerkers. Een subsidieadministratie kost handenvol geld. Het zet ook de deur open voor vriendjespolitiek. Dat moet stoppen. We kunnen het geld voor onderzoek en innovatie goedkoper en eerlijke toewijzen via fiscale aftrekbaarheid. Fiscale aftrekken zijn voor alle bedrijven gelijk en vereisen geen aparte administratie. Het kost de staat dus minder om een belastingvermindering te geven dan een economische subsidie.
De provincies afschaffen
Bij het staatsapparaat zelf is overigens ook best veel geld te besparen. Onze overheid barst uit zijn voegen, verstikt in en door een wildernis van regels, wetten, instellingen en structuren. Met vijf bestuursniveaus is ons land simpelweg te complex en veel te vet. Waarom zijn de provincies en de Senaat nog altijd niet afgeschaft? De werking van de provincies kost ons jaarlijks 2,1 miljard euro. Hun bevoegdheden kunnen perfect door de ambtenarijen van de andere bestuursniveaus beheerd worden, zij het lokaal of op Vlaams niveau. Ook bij onze politici valt trouwens veel geld te besparen. We kunnen het even goed doen met slankere kabinetten. Daarom stelt Voor U voor om 75% van de kabinetsmedewerkers en een derde van de parlementsleden te schrappen. In de Kamer bijvoorbeeld, houden we dan 100 in plaats van 150 parlementsleden over.
Een staat op dieet zetten is geen gemakkelijke opgave maar het is de enige weg naar een gezondere financiële toekomst. Het huidige overheidsbeslag, momenteel een verbluffende 56%, is niet houdbaar. Tussen 1982 en 1991 slaagden regeringen erin het overheidsbeslag te verminderen van 53% naar 40%. Met de juiste maatregelen kunnen we deze prestatie overdoen. Het is tijd voor een grondige heroverweging van de rol van de overheid in onze samenleving. Ze moet slanker, efficiënter en transparanter worden. En terwijl deze boodschap misschien niet populair is, is het wel de enige eerlijke. Het is tijd om de rode stift te pakken en de wildgroei aan overheidstussenkomsten terug te dringen. Alleen zo kunnen we een duurzame en gezonde toekomst voor ons land en onze kinderen veiligstellen.
Steven Arrazola de Oñate
Bij de ambtenarij is er nog een specifiek probleem: er zijn contractuelen die ontslagen kunnen worden en statutairen die vastbenoemd zijn. Nu zijn het net die contractuelen die niet gemist kunnen worden en zijn het net die statutairen die je kwijt wil. De vakbonden zullen het niet toelaten dat er geraakt wordt aan het statuut. Alleen al dat probleem vergt een hele "Tatcheriaanse" regeerperiode van strijd tegen de vakbonden.
De provincies lijkt niet meer dan logisch. In Oost-Vlaanderen kregen we vorige legislatuur 2012-2018 folders in de brievenbus "Wat de provincie voor u doet" getiteld. Niets dat ook al niet gedaan wordt door de gemeenten en/of gewest-gemeenschap. Alles kan gemakkelijk door de gemeenten of Vlaanderen overgenomen worden. Ook daar zullen de…